Woordenlijst Basis Tradingconcepten: Het Grote Plaatje op Eén Plek
Deze woordenlijst brengt de centrale termen samen
die je keer op keer zult zien in het BCWhale tradingcurriculum.
Het doel hier is niet om een volledig woordenboek te bouwen, maar om:
- de sleutelconcepten te benadrukken die in Trading worden gebruikt,
- ze uit te leggen in duidelijke en eenvoudige taal,
- je te helpen een kaart op hoog niveau te maken van wat belangrijk is.
Elk item geeft een korte definitie + waarom het belangrijk is.
Wanneer je meer details wilt, kun je naar het
gerelateerde artikel (Trading...) springen dat voor elk onderwerp wordt vermeld.
1. Candlesticks (Japanse Kaarsen)
Een candlestick (of kaars) toont, voor één tijdsperiode (bijv. 1u, 4u, 1d):
- Open (Openingskoers),
- High (Hoogste koers),
- Low (Laagste koers),
- Close (Slotkoers)
als een enkele "kaars" op de grafiek.
Zie Candlestick Basis.
Belangrijkste onderdelen:
- Body (Lichaam): de rechthoek tussen open en close,
- Wicks/Shadows (Wieken/Schaduwen): lijnen naar de high en low,
- Bullish candle: close > open (groene/witte kaars),
- Bearish candle: close < open (rode/zwarte kaars).
Candlesticks laten je in één oogopslag zien
hoe kopers en verkopers in die periode hebben gevochten,
dus ze zijn de basis van de meeste grafiekanalyse.
2. Steun & Weerstand (S/R)
Steun (Support):
een prijszone waar de prijs herhaaldelijk is gestopt met dalen
en omhoog is geveerd. Kopers zijn daar sterk.
Weerstand (Resistance):
een prijszone waar de prijs herhaaldelijk niet hoger kon komen,
en naar beneden is gedraaid. Verkopers zijn daar sterk.
Zie S/R Basis.
In echte trading is S/R zelden een enkele lijn.
Het is realistischer om in termen van zones te denken.
Bij S/R denken traders meestal op twee manieren:
- trade de bounces (stuiteren) binnen het bereik
(S/R Patroon Strategie), - of trade de breakouts (uitbraken) wanneer de prijs door de zone duwt
naar een nieuwe trend
(Trend Following Strategie, Mean Reversion Strategie).
3. Swings vs Correcties
Een swing is een sterke beweging in de richting van de trend.
Een correctie is een pullback (terugval) of pauze na die swing.
Zie Swings vs Correcties.
In een uptrend (stijgende trend), bijvoorbeeld:
- Upward swing: snelle beweging omhoog,
- Downward correction: tijdelijke daling tegen de uptrend in.
We geven om dit onderscheid omdat:
- swings vaak passen bij trend-following trades,
- correcties vaak passen bij mean-reversion / pullback trades.
4. Indicatoren
Een indicator is een berekening op basis van
prijs- en/of volumegegevens,
getekend op of onder de grafiek. Zie Indicatoren.
Brede categorieën:
-
Trend Indicatoren
Trend Indicatoren- Moving Average (MA):
de gemiddelde prijs over een bepaalde periode, weergegeven als een lijn.
Moving Average - MACD:
gebruikt het verschil tussen twee MA's om trendsterkte
en momentumverschuivingen te tonen.
MACD - Ichimoku Cloud:
een systeem met meerdere lijnen dat trend en S/R combineert.
Ichimoku Cloud
- Moving Average (MA):
-
Oscillatoren
Oscillatoren- RSI:
vergelijkt recente winsten vs verliezen
om "overbought/oversold" condities te tonen.
RSI
- RSI:
-
Volatiliteitsindicatoren
Volatiliteitsindicatoren- ATR (Average True Range):
meet het gemiddelde prijsbereik over een periode,
d.w.z. "hoeveel de markt nu typisch beweegt".
ATR
- ATR (Average True Range):
Indicatoren vervangen de prijs niet.
Het zijn hulpmiddelen om je te helpen prijsgedrag duidelijker te lezen.
5. Patronen (Patterns)
Een patroon is een terugkerende vorm of structuur
in de prijsbeweging. Zie Patronen.
Twee hoofdgroepen:
-
Candlestick Patronen
Candlestick Patronen- Hammer, Shooting Star,
- Engulfing, Doji, enz.
Dit zijn formaties van 1–3 kaarsen
die wijzen op een mogelijke verschuiving in controle.
-
Grafiek Patronen (Chart Patterns)
Grafiek Patronen- Double Top/Bottom
Double Top/Bottom - Head & Shoulders
Head & Shoulders - Triangle (Driehoek)
Triangle - Wedge (Wig)
Wedge
Deze structuren geven hints over
of een trend zou kunnen doorzetten of omkeren. - Double Top/Bottom
In plaats van patronen te behandelen
als magische tools die de toekomst voorspellen,
is het realistischer om ze te zien als:
afbeeldingen van waar koop- vs verkoopdruk
aan het opbouwen of vervagen is.
6. Risicomanagement (Risk Management)
Risicomanagement is de set regels en structuren
die voorkomen dat één fout je account vernietigt.
Zie Risicomanagement.
Sleutelideeën:
-
1R (Risico per Trade)
Risico/Beloning- het geplande bedrag dat je bereid bent te verliezen op een trade.
- Voorbeeld: met een account van 10.000 USD,
1% riskeren per trade betekent 1R = 100 USD.
-
R-Multiple
- drukt resultaten uit in "R": +2R, −1R, −0.5R, enz.
-
Max Loss Rule (Maximale Verliesregel)
Max Loss Rule- je maximaal toegestane verlies voor een dag of week.
- Voorbeeld: −3R per dag, −8R per week → stop met traden wanneer bereikt.
-
Drawdown
Drawdown- hoeveel je eigen vermogen is gedaald vanaf de piek, in %.
- fungeert als een graadmeter voor hoeveel pijn je systeem en psychologie kunnen verdragen.
Risicomanagement gaat minder over
"Hoe kan ik het grootst winnen?" en meer over
"Hoe kan ik voorkomen dat ik mijn account opblaas?"
7. Trading als een Kansspel
Trading is een spel van waarschijnlijkheid.
Zie Waarschijnlijkheid in Trading.
- Elk systeem heeft winnaars en verliezers.
- Geen enkele setup werkt 100% van de tijd.
- Wat telt is het gemiddelde resultaat
over vele trades.
Centrale concepten:
- Win rate (Winstpercentage):
percentage winnende trades. - Gemiddelde winst / gemiddeld verlies:
hoeveel R je typisch verdient op winnaars
en verliest op verliezers. - Expectancy (Verwachtingswaarde):
(win rate × gemiddelde winst) − (loss rate × gemiddeld verlies).
Het doel is niet een "perfecte enkele trade",
maar een degelijk voordeel (edge) dat honderden keren wordt herhaald
met consistent risico.
Als je nu een globaal begrip hebt van:
- candlesticks,
- S/R,
- swings vs correcties,
- indicatoren,
- patronen,
- risicomanagement,
- waarschijnlijkheid,
dan zul je, terwijl je door:
gaat, gemakkelijker denken:
"Juist, dit sluit weer aan op dat concept uit de woordenlijst."
Voel je vrij om hier op elk moment terug te komen
om de termen op te frissen,
en herschrijf deze ideeën geleidelijk
in je eigen woorden naarmate je ervaring groeit.